Landschappelijke inpassing Zonnepark Hardenberg

PROJECT

Landschappelijke inpassing Zonnepark Hardenberg

Opdrachtgever

Novar & IB Vogt

Doel

Landschappelijk inpassen van het panelenveld en verhogen natuurwaarden

Locatie

Polendwarsweg, Hardenberg

Looptijd

December 2023

Landschappelijke inpassing

Aanleiding Zonnepark Hardenberg

Zonneparken gaan gepaard met de groeiende vraag naar duurzame energie. Het realiseren van zonneparken vraagt veel aandacht wanneer dit binnen het kader van het bestemmingsplan moet passen. Belangrijke aandachtspunten hierbij zijn uitzicht van omwonenden op het park en het verbeteren van de biodiversiteit. Buitenmeesters en zonnepark-ontwikkelaar Novar werken samen aan de landschappelijke inpassing van diverse zonneparken en zo ook bij dit zonnepark in Hardenberg. Het gaat verder dan alleen energieopwekking; we koesteren het behoud van de natuur en het versterken van de lokale landschappelijke waarden. Zo wordt er niet alleen duurzame energie geleverd, maar ook voldoende aandacht gegeven aan de flora en fauna.

Landschappelijke inpassing

De landschappelijke inpassing op Zonnepark Hardenberg heeft het park op natuurlijke wijze geïntegreerd met het landschap. Het aanbrengen van diverse beplantingen staat hiervoor centraal, éénmaal volgroeit ontneemt dit het zicht op het park. Met de aanplant van zo’n 7700 stuks inheems bosplantsoen en daarnaast nog 1800 st. autochtoon bosplantsoen hebben we niet alleen een passende omgeving gecreëerd maar ook gezorgd voor een rijke leefomgeving voor de lokale flora en fauna.

‘’Inheemse planten zijn soorten die van nature voorkomen in dit gebied en het beste passen bij deze omstandigheden van deze bodem en waterhuishouding. Dit draagt bij aan de leesbaarheid van het landschapstype en is het meest waardevol voor de biodiversiteit die hoort bij dit gebied.

Autochtoon wil zeggen dat de stekken van een moederplant zijn met Nederlands DNA. Deze bloeien bijvoorbeeld in periodes waar onze insecten het meest bij gebaad zijn omdat dit op dat moment het hardst nodig is voor bijvoorbeeld nectar voor specifieke soorten. Bij dezelfde wetenschappelijke soorten uit een ander land kan het bijvoorbeeld zijn dat ze net 2 weken later bloeien. Deze autochtone soorten voldoen nog beter in de wensen van de lokale fauna.”

In het voorjaar wordt nog ruim 60 are kruidenrijk grasland gerealiseerd rondom het park. De bodem wordt bewerkt zodat de dominante grassen worden ontmoedigd en de kruiden meer kans maken. Vervolgens worden de percelen ingezaaid met een inheems, streekeigen mengsel van CruydtHoeck. Door dit op de juiste manier te beheren wordt er gestreefd naar een steeds kruidenrijkere vegetatie.

De combinatie van rijk bloeiende kruiden, diverse bloeiende en besdragende heesters en de aanwezige volwassen bomen in het gebied wordt een zeer interessante bos-mantel-zoom situatie gecreëerd. Dit gradiënt zorgt bijvoorbeeld voor zowel beschutting als voedselvoorziening en is daarmee erg waardevol voor tal van soorten!

 

Infrastructuur op het park

Naast de groenelementen hebben wij ook de infrastructuur op het park gerealiseerd. Er zijn onderhoudswegen aangelegd van grasbetonstenen. Deze stenen worden geplaatst in de vorm van een karrespoor. De onderhoudswegen zorgen voor bereikbaarheid van verschillende locaties op het zonnepark, dit is belangrijk voor onderhoudswerkzaamheden en calamiteitenverkeer. Dankzij het gebruik van een halfopen verharding kan er alsnog vegetatie groeien en kan hemelwater in de bodem blijven infiltreren. Het resultaat is niet alleen praktisch, maar draagt ook bij aan een groene, natuurlijke uitstraling van de infrastructuur.

Beheer en onderhoud

Om ervoor te zorgen dat de landschappelijke elementen slagen zoals ze bedoeld zijn is beheer en onderhoud nodig. Het bosplantsoen wordt begeleid in het uitgroeien tot volwaardige houtsingels en landschappelijke hagen. Het kruidenrijk grasland krijgt een passend beheer om de kruidenrijkdom te verhogen. Het beheer en onderhoud kan worden opgesplitst in twee fasen. De eerste fase is het ontwikkelingsbeheer, dat plaatsvindt gedurende de eerste 3 tot 4 jaar na aanplant. De tweede fase is het instandhoudingsbeheer, dat zich afspeelt in de jaren na het ontwikkelingsbeheer.

Tijdens het ontwikkelingsbeheer wordt bijvoorbeeld water gegeven in tijden van droogte. Ook wordt de vegetatie tussen het jonge bosplantsoen gemaaid om ongewenste concurrentie tegen te gaan. En na 3 jaar worden boompalen en gietranden verwijderd zodat deze niet in de natuur komen te zwerven. In de jaren daarna zijn deze maatregelen niet meer nodig.

 

Bij het instandhoudingsbeheer worden houtsingels bijvoorbeeld eens per 5 tot 7 jaar afgezet om de hoogte te beheersen en schaduw op panelen te voorkomen. Na het afzetten kunnen de planten weer jong uitlopen en worden minder snelgroeiende soorten niet weggeconcurreerd. Dit doen we gefaseerd zodat niet ineens een volledige houtsingel als leefgebied verdwijnt en er volop zicht op de panelen ontstaat. Het beheer wordt nauwlettend in de gaten gehouden door jaarlijkse monitoring en vastleggen van de verrichte werkzaamheden in een digitale omgeving. Zo kunnen onze opdrachtgevers dit op de voet volgen.

Op deze manier ondersteunen we de landschapselementen tot de beoogde kwaliteit en functie waarvoor ze in eerste instantie ook bedoeld waren en wat resulteert in een optimale ecologische waarde en natuurlijke uitstraling.

Meerwaarde Buitenmeesters

Buitenmeesters neemt graag de regie en ontzorgt hiermee de opdrachtgever van A tot Z. Onze aanpak gaat verder dan alleen het gevraagde, we streven ernaar echte meerwaarde te bieden op het gebied van ecologie. We hebben de juiste kennis en expertise die nodig is om een plan als deze te laten slagen zoals het bedoeld is.

Vragen over dit project?

Neem contact op met onze projectleider Jelle ter Braak
Telefoon: 06 20 85 38 81